Goed om te weten
Autisme betekent dat iemand informatie en prikkels anders verwerkt dan gemiddeld. Dit kan zowel voordelen hebben als beperkende gevolgen, vooral in een onderwijsomgeving die daar niet op ingericht is. Autisme is een spectrum – dat verwijst naar de grote diversiteit in hoe autisme zich uit. Elke student met autisme is anders: in behoeften, in communicatiestijl, in prikkelniveau of behoefte aan structuur. Ga daarom niet uit van een vast beeld of stereotype, maar ga altijd in gesprek met de student. Wat voor de één werkt, kan voor de ander juist belastend zijn. Vermijd aannames en vraag wat helpend is.
Autisme is een vorm van neurodivergentie en valt onder neurodiversiteit, lees meer over hoe je rekening houdt met neurodivergente studenten in het algemeen.
Deze onderwijstip is ontwikkeld in samenwerking met het team Toegankelijk Onderwijs VU.