Binnen deze specialisatie leer je hoe je grote ruimtelijke datasets analyseert en hoe je economische theorie toepast op actuele stedelijke en regionale vraagstukken. Hoewel stedelijke en regionale uitdagingen vaak wereldwijd ontstaan, verschillen de lokale gevolgen sterk. Daarom combineert deze opleiding economische, ruimtelijke en beleidsmatige perspectieven om je een breed en diepgaand inzicht te geven in hoe plaatsen zich ontwikkelen en functioneren.
Wat deze specialisatie uniek maakt, is de sterke koppeling met vastgoed en grondmarkten – zeer relevant, omdat locatie een belangrijke factor is voor economische uitkomsten in zowel stedelijke als regionale context. Daarnaast biedt het programma een unieke kans om vakken te volgen over Geographical Information Systems (GIS) en Housing Economics and Finance, waarmee je leert omgaan met ruimtelijke data en inzicht krijgt in de bredere economische systemen die steden en regio’s vormgeven.
Het programma is als volgt opgebouwd:
- Periode 1 (sept–okt): je volgt basisvakken in Micro-economie en Econometrie. Deze geven je de theoretische en empirische tools voor geavanceerde economische analyses.
- Periodes 2 en 4 (nov–maart): je volgt twee kernvakken die de economische dimensies van steden en regio’s verkennen. Regional and Urban Economics richt zich op de economische krachten achter stedelijke en regionale ontwikkeling. Urban Economic Challenges and Policies behandelt stedelijke vraagstukken zoals woningmarktproblematiek, segregatie en ongelijkheid, met nadruk op beleidsanalyse en -evaluatie. Je kunt daarnaast het vak Geographical Information Systems (GIS) volgen, waarin je leert ruimtelijke data te interpreteren en analyseren.
- Gedurende het jaar kies je keuzevakken die aansluiten bij jouw interesses – bijvoorbeeld in vastgoed- en woningmarkteconomie of vervoerseconomie.
- Periodes 5 en 6 (apr–jun): je schrijft je masterscriptie onder begeleiding van een docent. Dit is jouw kans om zelfstandig onderzoek te doen naar een onderwerp naar keuze, vaak in combinatie met een stage bij een externe organisatie of onderzoeksinstituut.
De opleiding start op 1 september.